Behandeling

Als de diagnose is gesteld en het kind selectief mutisme blijkt te hebben is het van belang dat alle alle personen rondom het kind goed op de hoogte zijn van selectief mutisme. Dit is nodig om het kind op de juiste, begripvolle manier te kunnen benaderen. 

Volgens Huisman e.a., (2010) is de belangrijkste interventie bij selectief mutisme, het aanpassen van de wijze waarop de omgeving met het kind omgaat. Hierbij wordt er verwacht dat er gekeken wordt vanuit oplossingen in plaats vanuit beperkingen. Wel moet het probleem geaccepteerd worden. Ontkenning van het probleem kan averechts werken en het probleem verergeren. 

Omdat het bij selectief mutisme gaat om een angststoornis is het van belang dat het kind zich vertrouwd voelt in een nieuwe, onbekende situatie en dat er vaste personen zijn die contact met hem zoeken (Duyvenbode, 2007). Een positieve houding ten opzichte van het kind stimuleert een autonoom en een competent gevoel bij het kind.  

Bij de behandeling met kinderen die selectief spreken zijn er volgens Güldner (2013) drie hoofddoelen te onderscheiden: 

1: Het verlagen van een angstig gevoel bij kinderen'

2: Het verhogen van de eigenwaarde en het zelfvertrouwen 

3: Het verhogen van het vertrouwen in sociale situaties

Binnen de behandeling moet het kind vrij gelaten worden, door losse opmerkingen te plaatsen waarbij geen oogcontact wordt gemaakt kan er gecomminiceerd worden met het kind.  De nadruk mag niet liggen op het 'laten praten van het kind'. Dit kan volgenzs Güldner (2013) namelijk weer een druk op het kind leggen. Om het kind ondersteuning te bieden kan er gekozen worden voor ondersteunende methodes zoals het inzetten van pictogrammen, geschreven taal of gebaren. Hierdoor wordt het kind in staat gesteld om te communiceren zonder dat het hoeft te praten. Zodra het kind hier meer vertruwen in krijgt kan spreken de volgende stap zijn. 

Om doelmatig te werk te gaan zullen deskundigen een handelingsplan kunnen opstellen waarin de aanpak specifiek voor dit kind beschreven staat (Duyvenbode, 2007). Volgens het UMC-Utrecht (2014) is gedragstherapie de beste aanpak, mits er een goede samenwerking is tussen deskundigen, ouders en leerkrachten. Hierdoor onstaat er een eenduidige aanpak binnen de school, thuis en in andere sociale situaties. 

Maak jouw eigen website met JouwWeb